De gelukkige automonteur

Uit Volkskrant Banen: een prachtig verhaal door Paulien Bakker over geluk op de werkplek. Harry Stolk (P&O Kwik-fit) vertelt daarin over zijn werk waarbij hij laat zien dat gelukkig werken niet alleen van belang is voor de diensten sector maar ook voor een organisatie als Kwik-fit.

Harry – dat is Harry Stolk, personeelsconsulent van Kwik-Fit – geeft een uitvoerige rondleiding. Langs het koffieapparaat waar een tweetal chagrijnige klanten ongeduldig op hun auto zitten te wachten en langs de ongelukkige monteurs die voelen dat ze nauwlettend op hun vingers worden gekeken.

Denk: autobedrijf, en je ziet: blote meisjes aan de muur, sterke koffie in plastic bekertjes, en mannen met de mouwen van hun blauwe overall opgestroopt. Mannen met de mentaliteit van: niet lullen, maar poetsen. En Kwik-Fit, dat is daarvan toch de overtreffende trap? Met vooral de eenvoudige handelingen – uitlaten, bumpers, remmen, roetfilters en heel veel nieuwe banden.

Geluk

Maar uitgerekend hier wordt er gecoacht op geluk – niet bij een snel ict-bedrijf dat zit te springen om personeel, of een hip adviesbureau met dito filosofie. Dat hebben de monteurs te danken aan Stolk.

De personeelsconsulent is hier zelf ooit begonnen als automonteur, voordat hij doorgroeide in de functie van p&o’er. Een hele verantwoordelijkheid. Stolk voelde zich in eerste instantie dan ook helemaal niet zo gelukkig. Hij verzoop in het werk. ‘Ik kon geen nee zeggen, het werk groeide me boven het hoofd.’

De omslag kwam toen hij een cursus Werken in Balans volgde bij Onno Hamburger, coach bij trainingsbureau Van Harte & Lingsma. ‘Het eerste wat Onno me vroeg tijdens de cursus was: wat levert het je op? Ik besefte dat ik mijn werk graag extra goed wilde doen, omdat mijn werkgever me deze kans had geboden.’

Veranderd

Stolk leerde dat hij een kampioen was in het overnemen en aantrekken van andermans problemen. ‘De training heeft me als mens veranderd. Ik zag altijd problemen en voelde me overal verantwoordelijk voor. Nu zie ik uitdagingen en laat ik problemen ook vooral liggen waar ze horen. Ik ben veel gelukkiger geworden in mijn werk en in mijn leven.’

Toen hij eenmaal zelf beter in zijn vel kwam te zitten, wilde hij ook zijn collega’s gelukkiger maken. Maar ging Kwik-Fit daar zomaar in mee? Stolk: ‘Mijn collega’s hebben me tijdens die training zien veranderen. Ze zagen dat het werkte. En het past ook bij Kwik-Fit.

Een paar jaar terug is besloten dat leidinggevenden coachend moeten leiding geven in plaats van te sturen op autoriteit. Daar sluit coachen op geluk goed op aan. Zo gek is het ook niet, want Kwik-Fit geeft medewerkers echt de kans om door te groeien, ook als het juiste papiertje ontbreekt.’

‘Uiteindelijk kun je geluk niet afdwingen’, beseft Stolk. ‘Ik steek mijn hand uit. De ander kan hem beetpakken, of niet. Ik probeer naar boven te halen waar mensen goed in zijn, wat ze leuk vinden en wat goed gaat op het werk. Maar als iemand echt niets wil, is dat zijn goed recht.’

Vragenlijst

Dat iemand echt niet wil, heeft hij nog vrijwel niet meegemaakt. Wel heeft hij al een aantal keren de vragenlijst van Hamburger voorgelegd aan medewerkers om te achterhalen waar die onvrede precies vandaan komt.

Onno Hamburger, van huis uit psycholoog, zegt zelf: ‘De grootste invloed op je welbevinden als mens is toe te schrijven aan persoonlijkheidsfactoren als neuroticisme, de mate waarin je als mens last hebt van negatieve gevoelens als angst en boosheid. Daar kan een werkgever maar beperkt invloed op uitoefenen.’ Maar vaak kom je met die vragenlijst een mismatch op het spoor tussen persoonlijke eigenschappen en de inhoud van een functie. De persoon in kwestie is bijvoorbeeld heel introvert, maar de functie heel extravert. ‘Organisaties zouden er veel meer op moeten letten dat iemands persoonlijkheid ook bij de organisatie en functie passen. Ik ben nu nieuwe trainers voor ons bureau aan het aannemen en die vullen allemaal een persoonlijkheidsvragenlijst in.’

Hamburger: ‘Geluk op het werk bestaat volgens mij uit drie factoren. De eerste is plezier, en daarvoor moet je het negatieve in het positieve om kunnen buigen. Dan volgt voldoening, en dat bereik je als je persoonlijkheid past bij je functie. En tot slot: zingeving, en daarvoor moet je je roeping volgen. Als je gelukkiger wilt worden in je werk, begin dan met de meest praktische, met plezier.’

Geluk op de werkplek in de praktijk

‘Laat het prikbord maar zitten’
Mark de Kievith (35) stuurt als areamanager twaalf Kwik-Fit-vestigingen aan tussen Beverwijk en Leiden. ‘Ik heb vooral bij Harry zelf het verschil gemerkt. Hij zit in een staffunctie en dan ben je voor het slagen van je werk grotendeels afhankelijk van anderen. Dat frustreerde hem eerst, maar daarin is hij behoorlijk veranderd. Toen zijn we daarover gaan praten. Ik haalde niet genoeg voldoening uit mijn werk terwijl ik toch wist dat ik een leuke baan had. Nu zie ik dat ik te veel verantwoordelijkheden op me nam. Ik stuur tegenwoordig meer aan op kwaliteit in plaats van kwantiteit. Vroeger kon ik erover vallen als het prikbord bij een filiaal niet op orde was, of dat het er een rotzooitje was. Daar zei ik wat van, maar er veranderde weinig. Nu heb ik het niet meer over praktische zaken maar over mensen. Ik vraag bijvoorbeeld een filiaalmanager: hoe is het met je? Hoe gaat het thuis? Hoe zie je je filiaal? Het gevolg is dat hij zijn eigen verantwoordelijkheid neemt.’

‘Nou, wat dacht je van de werktijd halveren?’
Bart van Oudheusden (24) werkt in de Kwik-Fit in Zoetermeer. ‘Ik ben nu twee jaar monteur. Hiervoor was ik kok, maar sleutelen aan auto’s was altijd al mijn hobby. Op een gegeven moment ben ik garages afgegaan om te vragen of ik daar aan de slag kon. Ik heb anderhalf jaar gezocht, niemand zag het zitten. Totdat ik Harry tegenover me kreeg. Hij vond me wel enthousiast en wilde het proberen. Ik heb het hier prima naar mijn zin. Als je je werk leuk vindt, gaat het vanzelf. Of ik gecoacht wordt op geluk? Nou, geluk is een groot woord. Echt gelukkig worden moet je toch zelf doen. Maar ik merk wel dat ze me willen helpen om te groeien. Er is hier aandacht voor de mens en als je het niet naar je zin hebt, kun je daarover praten. ‘s Ochtends starten we gezamenlijk, bespreken we wat er te doen is, en dan gaan we er met z’n allen tegenaan. Dat stimuleert. Er zijn heus wel eens klagende collega’s, maar die verwijs ik naar de baas. Of ze me nog gelukkiger kunnen maken? Nou, wat dacht je van de werktijden halveren? Dan kom ik ook nog eens heel gelukkig thuis!’

‘Glimlach is het halve werk’
Ron Bol (38) heeft vier filialen onder zijn hoede in Beverwijk en in Haarlem. ‘Ik stond op het punt om te vertrekken. Ik was al een tijdje filiaalmanager en wilde weer eens wat anders. Maar een treetje hoger gaan zag ik niet zitten. Die managers voerden steeds druk uit op filiaalmanagers om zaken geregeld te krijgen. Ze belden bijvoorbeeld iedere ochtend om te vragen naar de cijfers. Ik heb zo mijn eigen ideeën over hoe je mensen motiveert. Ik kreeg deze baan aangeboden en Harry heeft me ervan overtuigd dat ik ‘m op mijn eigen manier kan invullen. Ik vraag filiaalmanagers hoe het thuis gaat en wat ze die dag willen bereiken. Als mensen met een glimlach aan het werk gaan, is de helft van het werk al gedaan.